Lijst middelen voor de droge huid bij eczeem
Een droge tot zeer droge huid is een van de kenmerken van constitutioneel eczeem. Een droge huid is gevoeliger voor invloeden van buitenaf. Daarom bestaat de basisbehandeling van eczeem uit tweemaal daags smeren met een middel dat de droge huid minder droog maakt. Die middelen zijn er in verschillende vormen: zalf, (vette) crème, gel, lotion en badolie. We noemen ze voor het gemak ook wel 'basiszalven'.
Een droge eczeemhuid is niet in staat om zelf vocht vast te houden en om voldoende huidvet aan te maken. Waarom dat zo is, weet men nog niet exact. Wel weten we dat het kan komen door de genetische aanleg, waarbij een gen dat zorgt voor een soepele huid niet goed werkt (het filaggrine gen).
De huid is de barrière tussen 'buiten' en 'binnen' en zorgt ervoor dat stoffen (bv allergenen), bacteriën en virussen niet via de huid ons lichaam binnenkomen (zie figuur). Bij een droge huid bij eczeem is er onvoldoende huidvet en verdampt het water uit de huid. Daardoor is de barrièrefunctie van de huid verminderd. De huid wordt gevoeliger voor invloeden van buitenaf, zoals bacteriën en allergenen, zal sneller irriteren en zal sneller jeuken. De barrièrefunctie zal dus hersteld moeten worden. Is deze hersteld en is de huid in goede conditie, dan zal er minder snel jeuk en eczeem optreden en zijn er minder medicinale crèmes en zalven nodig om het eczeem te behandelen.
Dat de eczeemhuid van zichzelf droog is, wisten we al. Maar, de huid kan door omstandigheden, bij ieder mens, droger worden. Het verwijderen van de natuurlijke vetlaag door douchen met heet water en het gebruik van zeep, heeft een nog meer uitdrogend effect. Ook droge lucht in de winter, de wind, bepaalde medicijnen (diuretica/plasmedicatie), andere aandoeningen (verminderd actieve schildklier) en ouder worden kunnen droge huid veroorzaken en dus de al droge eczeemhuid nog meer uitdrogen.
Het algemene beleid in Nederland is: 1 à 2 keer per week douchen/baden, niet te heet water gebruiken maar lauw, geen sterke zepen gebruiken. Na het baden/douchen, eventueel met een badolie, voorzichtig droogdeppen en dan meteen – binnen drie minuten – insmeren met een neutrale (vette) crème of zalf.
Niet iedereen vindt het fijn (of fris!) om maar een paar keer per week te baden/douchen. Vaker kan wel, maar alleen als je meteen na het baden/douchen (niet te lang, lauw water en geen/weinig zeep) je meteen droogdept en insmeert met een basiszalf.
Ook met eczeem kun je zwemmen. En, alle kinderen moeten leren zwemmen. Er zijn wel een paar aandachtspunten.
Zwemmen in zee of een zoutwaterbad kan wat pijnlijk zijn, maar bij sommige mensen doet zon & zee het eczeem juist veel goed.
In een zwembad kan het chloor soms irriterend of uitdrogend werken. Vooraf insmeren met een vette zalf en na afloop kort douchen en wederom insmeren met een vette zalf kan verergering van eczeem voorkomen. Er zijn ook zwembaden die chloorarm zijn en mogelijk prettiger zijn voor mensen met eczeem.
Meer over chloorarme zwembaden
De middelen voor de droge huid komen in allerlei vormen: badoliën, lotions (smeersels), gels, (vette) crèmes en zalven. In de mate van het herstellen van de barrièrefunctie van de huid kun je stellen dat zalven het meest effectief zijn, crèmes iets minder, lotions nog minder en badoliën het minst. Lotions worden eigenlijk alleen toegepast op de behaarde hoofdhuid en zullen we verder buiten beschouwing laten. Badoliën helpen maar weinig, al kan het prettig zijn, en hebben geen toegevoegde waarde als je na het baden/douche je meteen insmeert.
Van groot belang is hoe de middelen ervaren worden en in elke omstandigheden. Als je een zijden blouse gaat dragen, dan is een net ingesmeerde huid met vaseline/paraffine niet zo’n goed idee: de blouse kan meteen prullenbak in! Maar voor het slapen gaan kan dat dan wel. Het hangt er ook vanaf hoe droog de huid is, of hoe nattend het eczeem. Op nattend eczeem glijdt vette zalf er meteen af. Daar is een crème (zonder vaseline erin!) meer op zijn plaats, ook omdat de crème het vocht zal opnemen (indrogend effect); zalf doet dat niet.
Kortom, afhankelijk van de persoonlijke omstandigheden, de huid en het eczeem zul je moeten kiezen wat het beste bij je past. Bovendien, als je dagelijks moet smeren, gedurende vele jaren, dan kan het maar beter zijn met iets dat je bevalt.
Hoe je de middelen moet toepassen en welke het best bevallen, is een kwestie van uitproberen. De richtlijn is minimaal twee keer per dag, waarbij de patiëntvoorkeur leidend is in de keuze van het gebruikte middel (of middelen). Die patiëntvoorkeur kan afhangen van de droogte van de huid, het seizoen, welke kleding je draagt, moment van de dag en wat 'prettig aanvoelt'.
Het loont absoluut de moeite om aan je arts te vragen om van een aantal middelen, in verschillende gradaties van vetheid, kleine hoeveelheden voor te schrijven (zie de lijst met middelen tegen de droge huid), bijvoorbeeld 100 gram van elk. Het is dan gewoon een kwestie van kijken wat jou, jouw kind, het beste bevalt. Mocht je vragen hebben over de samenstelling van de middelen, raadpleeg dan ook eens de apotheker. Hij of zij heeft veel verstand van deze middelen.
Bij tweemaal daags gebruik op het hele lichaam heb je forse hoeveelheden nodig. Als grove indicatie: voor 10 jaar en ouder is dat ±1000 gram per maand; bij kinderen <1 jaar ±200 gram, 1-3 jaar ±300 gram, 3-5 jaar ±500 gram en 6-10 jaar ±600 gram per maand.
Soms kan de huid reageren met jeuk op deze middelen. Dat kan komen door dat je überhaupt iets op je huid smeert, zeker als het middel dik en stug is, of omdat het de huid irriteert, of omdat je allergisch bent voor één van de bestanddelen. In dat geval moet je op zoek naar een middel dat geen last geeft.
Allergie voor deze middelen komt weinig voor. De meest bekende is een allergie voor wolvet en wolalcoholen. Om deze allergie vast te stellen is een contact-allergietest nodig. Men doet dan één (soms twee) grote pleisters op de rug, met daarin verschillende stofjes. Na 48 uur gaat de pleister eraf en na nog eens 24 uur wordt dan je rug 'afgelezen'. Als blijkt dat je allergisch bent voor bestanddelen, moet er een middel worden gevonden waar je wel tegen kan. Voorbeelden van middelen zonder wolvet en wolalcoholen zijn koelzalf en vaseline/paraffine.
Er zijn mensen die tegen het gebruik zijn van de standaard middelen omdat ze gebaseerd zijn op oliën en vetten die niet natuurlijk zijn. Verreweg de meest gebruikte oliën en vetten zijn namelijk producten die via raffinage uit aardolie worden gemaakt, zoals vaseline en paraffine. Men noemt ze ook wel minerale oliën. Veel liever gebruiken zij oliën die geperst worden uit vruchten, zoals olijfolie, amandelolie en kokosolie. Dat zijn dan namelijk zogenoemde 'levende oliën'. Gevoelsmatig is dat een sympathiek standpunt, maar voor de behandeling van de huid maakt het niets uit. Sterker nog, men moet bij deze oliën er goed op letten dat het – wederom – geraffineerde oliën zijn, anders kan men namelijk een allergie voor die natuurlijke oliën én de vrucht waaruit ze afkomstig zijn ontwikkelen.
De zogenoemde OTC-middelen (over the counter of vrij-verkrijgbaar) zoals LocoBase Repair, Rescue Cream, Sudo Crème, Grafietzalf, SkinSolv, Physiogel, Lipikar etc, kunnen ook een goede basis zijn voor het onderhoud van de droge huid. Ze zijn echter prijzig en soms alleen te veroorloven als het gaat om kinderen omdat je dan minder nodig hebt. Toch kan het zijn dat een OTC-middel goed bevalt op een specifiek huiddeel, bijvoorbeeld de handen, voeten of het gezicht. Mocht je absoluut geen baat hebben bij de standaard middelen die vergoed worden, dan is dat het proberen waard.
De behandeling van de droge huid bij eczeem is niet rechttoe rechtaan. Het is uitvinden wat voor jou, jouw kind, het beste werkt en daar moet je soms moeite voor doen. Maar dat loont. Want waar het uiteindelijk om gaat is dat de middelen die je gebruikt leiden tot een soepeler huid met een herstelde barrièrefunctie en dat ze goed bevallen. Alleen dan zul je ze namelijk regelmatig gebruiken en is dat dé solide basis van jouw eczeembehandeling.
Vind je onze informatie handig en wil je een bijdrage leveren aan de VMCE?
Doneer hier
Zoals veel eczeempatiënten zelf hebben ervaren, kan zonlicht een positieve invloed hebben op eczeem. De reden hierachter is dat zonlicht, specifiek het ultraviolette deel, de afweer in de huid zelf onderdrukt, waardoor het eczeem – wat door een overactief afweersysteem wordt veroorzaakt – minder wordt.
Op basis hiervan heeft de medische wetenschap lichttherapie ontwikkeld, ook wel fototherapie genoemd. Met lichttherapie is het mogelijk om de huid te belichten met een hele specifieke dosis ultraviolet licht. Dit voorkomt dat men blootgesteld wordt aan teveel licht en verbrandt. En zoals iedereen weet, kan blootstelling aan te veel zonlicht de kans op huidkanker doen toenemen, en dus is goed gedoseerde belichting noodzakelijk.
Er zijn twee hoofdtypen lichttherapie, die beiden weer bestaan uit twee varianten:
UVB is een bestanddeel uit natuurlijk zonlicht. Het wordt opgewekt in speciale TL-buizen die in een lichtcabine zijn een gemonteerd. Er zijn twee typen UVB: zogenaamd breed-spectrum UVB en smal-spectrum UVB. Het verschil tussen die twee is dat bij smal-spectrum UVB alleen het UVB-licht wordt gebruikt (golflengte 311 nm, ook wel TL01 genoemd) dat voor het therapeutische effect zou zorgen. De kans op verbranding zou dan minder zijn. Voor de rest is er geen verschil.
Er moet meestal drie keer per week belicht worden, waarbij de duur van de belichting langzaam wordt opgevoerd. Meestal begint men bij enkele seconden, om dit langzaam op te voeren tot aantallen minuten. Meestal duurt een kuur ongeveer 16 weken.
UVB-belichting kan naast het hele lichaam, ook per lichaamsdeel worden gedaan, bijvoorbeeld alleen handen en/of voeten.
UVA-belichting werkt in grote lijnen hetzelfde als UVB. UVA zit ook in zonlicht en werkt minder sterk dan UVB. Daarom wordt UVA alleen in combinatie met een geneesmiddel gebruikt. Dit geneesmiddel (Psoraleen) zorgt ervoor dat de huid gevoeliger is voor de UVA-stralen, vandaar de naam PUVA-behandeling.
Er zijn twee manieren psoraleen te gebruiken: 1) door het in capsule-vorm te nemen of 2) door het in badwater te doen en voor de belichting in bad te gaan met psoraleen in het water opgelost. Dit laatste heet ook wel bad-PUVA.
UVA-1: Sinds een aantal jaren is er ook belichting mogelijk met UVA-1. Dat is ook een behandeling met UVA-licht maar zonder dat psoraleen nodig is. Het is niet in alle ziekenhuizen beschikbaar.
UVB is een bestanddeel uit natuurlijk zonlicht. Het wordt opgewekt in speciale TL-buizen die in een lichtcabine zijn een gemonteerd. Er zijn twee typen UVB: zogenaamd breed-spectrum UVB en smal-spectrum UVB. Het verschil tussen die twee is dat bij smal-spectrum UVB alleen het UVB-licht wordt gebruikt (golflengte 311 nm, ook wel TL01 genoemd) dat voor het therapeutische effect zou zorgen. De kans op verbranding zou dan minder zijn. Voor de rest is er geen verschil.
Er moet meestal drie keer per week belicht worden, waarbij de duur van de belichting langzaam wordt opgevoerd. Meestal begint men bij enkele seconden, om dit langzaam op te voeren tot aantallen minuten. Meestal duurt een kuur ongeveer 16 weken.
UVB-belichting kan naast het hele lichaam, ook per lichaamsdeel worden gedaan, bijvoorbeeld alleen handen en/of voeten.
Hoewel lichttherapie heel goed kan werken, kunnen er ook bijwerkingen optreden.
Korte termijn bijwerkingen:
Lange termijn bijwerkingen:
Daarnaast mag je tijdens de lichttherapie geen geneesmiddelen gebruiken die de afweer onderdrukken, zoals ciclosporine, tacrolimuszalf en pimecrolimuscrème. Vanwege de grotere kans op verbranding mogen ook geen teerzalven tijdens de duur van de kuur worden gebruikt.
Lichttherapie kan een hele belasting zijn omdat je voor deze vorm van therapie telkens naar een ziekenhuis moet reizen. Soms lukt het wel om een geschikt tijdstip te krijgen (begin ochtend, lunch of aan het eind van de middag), maar vaak ook niet. Dat kan dus behoorlijk ingrijpen op werk en studie. Als het medisch verantwoord is, kan UVB-lichttherapie ook thuis gedaan worden (PUVA en UVA-1 niet). Hiervoor wordt dan gedurende de kuur apparatuur in bruikleen gegeven. De vergoeding van belichting thuis zit in het basispakket. Vraag desgewenst aan de behandelend dermatoloog wat de mogelijkheden zijn. Met de Vergelijkingshulp Constitutioneel Eczeem kan specifiek gezocht worden op ziekenhuizen die thuisbelichting met UVB aanbieden als behandelmethode.
De UVB-lichttherapie bestaat doorgaans uit drie behandelingen per week, gedurende een periode die afhankelijk is van de huidziekte en de reactie van de ziekte op de behandeling.
De PUVA/UVA-1 lichttherapie bestaat doorgaans uit twee behandelingen per week, gedurende een periode die afhankelijk is van de huidziekte en de reactie van de ziekte op de behandeling.
Het is verstandig om op de dagen dat je wordt behandeld thuis eventuele schilferige droge plekken in te smeren met neutrale crème of zalf. Hierdoor verdwijnen de schilfers, wat de behandeling ten goede komt.
Bij PUVA zijn er twee mogelijkheden:
Nog wat richtlijnen waar je je aan moet houden:
Meer informatie over uw behandeling kunt je vragen aan de arts, of aan de verpleegkundigen die de belichting uitvoeren.
Vind je onze informatie handig en wil je een bijdrage leveren aan de VMCE?
Doneer hier
Corticosteroïdzalven zijn zalven (of crèmes of lotions) met daarin een zogenoemd corticosteroïd als werkzaam medicijn. Ze verminderen de symptomen van het eczeem zoals de jeuk, roodheid en de huiduitslag. Het zijn (wereldwijd) de meest gebruikte middelen voor de behandeling van eczeem.
Corticosteroïdzalven, ook wel hormoonzalven genoemd, zijn er in verschillende varianten. Naast dat er lotions, crèmes en zalven zijn, worden ze ingedeeld in klassen van werkzaamheid: van 1 (zwak) tot 4 (zeer sterk).
Veel mensen zijn in eerste instantie huiverig om corticosteroïdzalven te gebruiken. Dat is op zich begrijpelijk, maar met goede begeleiding en juist gebruik zijn ze veilig en kunnen er heel goede resultaten worden behaald. Essentieel is het juiste gebruik.
Vraag bij de voorschrijvend arts altijd alle details omtrent het gebruik. Hoe vaak? Op het hele lichaam of alleen de eczeemplekken? Hoe dik/dun? Hoe lang? De aanwijzing ‘tweemaal daags dun aanbrengen’, zoals vaak op het etiket te lezen is, is echt niet voldoende. Een aantal dingen om op te letten:
Sterkte | Stofnaam |
Merknaam |
Klasse 1 (zwak) | Hydrocortisonacetaat 1% | |
Klasse 2 (matig) | Triamcinolonacetonide 0,1% | |
Clobetasonbutyraat 0,05% | Emovate | |
Flumetason 0,02% | Locacorten | |
Hydrocortisonbutyraat 0,1% | Locoïd (ook emulsie en lotion) | |
Klasse 3 (sterk) | Mometason 0,1% | Elocon |
Betamethason valeraat 0,1% | Betnelan, Celestoderm | |
Fluticason (creme 0,05%, zalf 0,005%) | Cutivate | |
Betamethason dipropionaat 0,05% | Diprosone | |
Desoximetason Bipharma 2,5 mg/g | Ibaril, Topicorte (lotion) | |
Klasse 4 (zeer sterk) | Clobetasol propionaat 0,05% | Dermovate |
Betamethason diproprionaat 0,05% in propyleenglycol | Diprolene |
Voor nauwkeurig smeren met corticosteroïdzalf kan de vingertopmethodiek worden gebruikt. Uitgangspunt van deze methodiek is dat met een tube met een opening van 5 mm een streepje zalf/crème wordt gelegd op het bovenste kootje van de wijsvinger van een volwassene, een vingertopeenheid (VTE). Dat is ongeveer een halve gram zalf/crème. Deze hoeveelheid is voldoende voor het insmeren van beide zijden van een volwassen hand, ongeveer 300 vierkante centimeter. Dat ziet er zo uit:
Per leeftijd en per lichaamsdeel zijn er maximale hoeveelheden vingertopeenheden vastgesteld. Deze zijn natuurlijk bij benadering, maar het geeft wel een goede handreiking. Een vingertopeenheid is een halve gram, dus delen door twee voor de hoeveelheid grammen. Hierbij een tabel met het aantal vingertopeenheden, per lichaamsdeel, per leeftijd:
Soms wordt het eczeem erger. En lukt het niet (meer) om met een smeerschema met tussenpozen de eczeemklachten nog voldoende onder controle te houden. In overleg met de arts kan dan besloten worden om tijdelijk een afbouwschema toe te passen. Dat betekent dat je begint met elke dag smeren met corticosteroïdzalf, om dat daarna weer af te bouwen. Zo kom je weer tot een smeerschema met tussenpozen.
Hierbij een voorbeeld van zo'n afbouwschema. In dit geval om af te bouwen naar 'alleen in het weekend'. Maar er zijn ook andere varianten. Welk schema voor jou geschikt is gebeurt in overleg met de arts.
Let op: een afbouwschema als in dit voorbeeld mag alleen worden toegepast op voorschrift en aanwijzing van een arts, met daarbij duidelijke instructie en begeleiding.
Zeker met de hoge klassen is het belangrijk om onder controle te zijn van een arts die bekend is met bijwerkingen van corticosteroïdzalf, het liefst een dermatoloog. Het dunner worden van de huid is zo'n mogelijke bijwerking. We noemen dat atrofie. Hoewel atrofie op zich niet gevaarlijk is, is het ontsierend en kan leiden tot sneller krijgen van blauwe plekken, striae en beschadigingen.
Bij veelvuldig gebruik van hoge klassen op grote lichaamsoppervlakten bestaat de kans dat er te veel van het medicijn in het bloed komt. Dat kan leiden tot zogenaamde systemische bijwerkingen. Een kind is daar gevoeliger voor omdat het relatief een groter huidoppervlak heeft dan een volwassene. Maar, systemische bijwerkingen van corticosteroïdzalf komen gelukkig zeer zelden voor.
Als corticosteroïdzalven op een juiste manier worden gebruikt, zijn ze veilig en ook zeer effectief. Heb je vragen hierover, raadpleeg dan je arts of apotheker.
Vind je onze informatie handig en wil je een bijdrage leveren aan de VMCE?
Doneer hier
Er zijn diverse middelen die worden voorgeschreven voor de behandeling van de droge eczeemhuid. Zoals zalven, crèmes en smeersels (lotions). Ze bevatten geen medicijnen. Voor het gemak gebruiken we ook wel de term 'basiszalven'. Hierbij een overzicht van de meest voorgeschreven middelen, met daarbij wat erin zit, wat vergoed wordt en tips voor de dagelijkse praktijk.
De toevoeging FNA betekent Formularium der Nederlandse Apothekers en dat houdt in dat het middel door elke apotheek en leverancier in dezelfde samenstelling wordt geleverd. Meer info over het onderhoud van de droge huid lees je in het artikel Droge huid.
Cetomacrogolzalf FNA
Cetomacrogolwas 25,5 g
Paraffine 21,5 g
Vaseline 38,25 g
Isopropylmyristaat 15 g
Lanettezalf FNA
Lanettewas SX 25,5 g
Paraffine 21,5 g
Vaseline 38,25 g
Isopropylmyristaat 15 g
Koelzalf FNA
Arachide olie 57,5 g
Witte bijenwas 12,5 g
Monoleïne 4 g
Rozenolie 1 dr.
Gezuiverd water 26 g
Koelzalf is ook leverbaar zonder rozenolie.
Simplex-zalf FNA
Cetostearylalcohol 2,5 g
Paraffine 51,5 g
Vaseline 40 g
Wolvet 6 g
Vaseline/Paraffine ana (gelijke delen)
Vaseline 50 g
Paraffine 50 g
Helaas is constitutioneel eczeem nog niet te genezen. Daarom is de behandeling gericht op het verminderen van de symptomen van eczeem, zoals droogheid van de huid, roodheid en jeuk. De behandeling bestaat voornamelijk uit zalftherapie, zowel met basiszalven als met corticosteroïdzalven. Aanvullend daarop zijn er nog behandelingen zoals verbandmiddelen, lichttherapie, en medicijnen per pil of injectie.
Als lid ontvangt u 4x per jaar ons magazine GAAF!, boordevol ervaringen van lotgenoten, praktische tips en de laatste inzichten op het gebied van eczeemzorg. Bovendien krijgt u toegang tot de besloten Facebook-pagina waar leden wel en wee met elkaar delen en waar je alle vragen kunt stellen over je eczeem. Onder het motto 'Beter leven met eczeem' zet de VMCE zich al ruim twintig jaar in voor mensen met constitutioneel eczeem. Met meer leden kunnen we nóg meer betekenen voor mensen met eczeem. Het zou daarom fantastisch zijn als u lid wordt.
Vier van de oprichters van de VMCE, allemaal ervaringsdeskundigen vertellen in dit interview uit 1999 over de noodzaak van een vereniging voor mensen met constitutioneel eczeem. Deze redenen zijn nog altijd actueel!